Korte beschrijving
De uitgang wordt via een parametreerbare in- en uitschakeldatum gestuurd. U kunt de timer zo instellen dat deze jaarlijks, maandelijks of op door de gebruiker gedefinieerde basis wordt geactiveerd. In iedere bedrijfsmodus kunt u de uitgang van de timer tijdens de gedefinieerde periode ook als impulsuitgang inrichten. De periode kan binnen het datumbereik van 1 januari 2000 tot en met 31 december 2099 worden ingericht.
Opmerking: Om dit functieblok te benutten, heeft u een LOGO! nodig met interne real-time klok.
Schakeling |
Omschrijving |
Parameters |
Via de parameter No (Nok) stelt u de bedrijfsmodus en de inschakel- en uitschakeltijd in. Bovendien geeft u aan, of er bij de uitgang sprake is van een impulsuitgang. |
Uitgang Q |
Q wordt ingeschakeld als de parametreerbare nok ingeschakeld is. |
Timingdiagrammen
Voorbeeld 1: Jaarlijks geselecteerd, Inschakeltijdstip = 2006.06.01, Uitschakeltijdstip = 2099.08.31, Ieder jaar op 1 juni wordt de timer-uitgang ingeschakeld en op 31 augustus uitgeschakeld.
Voorbeeld 2: Jaarlijks geselecteerd, Impuls geselecteerd, Inschakeltijdstip = 2000.03.15, Uitschakeltijdstip = 2009.**.**. De timer schakelt ieder jaar op 15 maart gedurende één cyclus in.
Voorbeeld 3: Jaarlijks geselecteerd, Inschakeltijdstip = 2008.06.01, Uitschakeltijdstip = 2010.08.31. Op 1 juni 2008, 2009 en 2010 wordt de timer-uitgang ingeschakeld en op 31 augustus uitgeschakeld.
Voorbeeld 4: Jaarlijks geselecteerd, Impuls geselecteerd, Inschakeltijdstip = 2000.03.15, Uitschakeltijdstip = 2010.**.**. De uitgang van de timer schakelt op 15 maart 2008, 2009 en 2010 gedurende een cyclus in.
Voorbeeld 5: Maandelijksniet geselecteerd, Jaarlijks niet geselecteerd, Inschakeltijdstip= 2008.06.01, Uitschakeltijdstip = 2010.08.31. De uitgang van de timer schakelt op 1 juni 2008 in en op 31 augustus 2010 uit.
Voorbeeld 6: Maandelijks niet geselecteerd, Jaarlijks niet geselecteerd, Impuls geselecteerd, inschakeltijdstip = 2008.03.15, uitschakeltijdstip = ****.**.**. De timer schakelt op 15 maart 2008 één cyclus lang in. Omdat voor de timer geen maandelijkse of jaarlijkse bedrijfsmodus gedefinieerd is, zendt de uitgang één keer op het aangegeven inschakeltijdstip een impuls.
Voorbeeld 7: Jaarlijks geselecteerd, Inschakeltijdstip = 2000.12.15, Uitschakeltijdstip = 2010.01.07. De uitgang van d etimer schakelt op 15 december 2008 en 200i9 in en op 7 januari van het daaropvolgende jaar uit. Wanneer de timer op 7 januari 2010 uitschakelt, wordt deze op 15 december daaropovolgend NIET opnieuw ingeschakeld.
Voorbeeld 8: Iedere maand geselecteerd, inschakeltijdstip = 2008.**.01, uitschakeltijdstip = 2010.**.05. Vanaf 2008 wordt op de eerste dag van iedere maand de timeruitgang ingeschakeld en op de vijfde dag van de maand uitgeschakeld. De timer zet dit model voort tot aan de laatste maand van 2010.
Functiebeschrijving
De jaartimer schakelt de uitgang op bepaalde in- en uitschakeldata in resp. uit. Het in- en uitschakelen wordt telkens om 00:00 uitgevoerd. Wanneer uw applicatie op een ander tijdstip moet worden geschakeld, gebruikt u in uw schakelprogramma een weektimer tezamen met een jaartimer.
Het inschakeltijdstip geeft de maand en de dag aan, wanneer de timer wordt gezet. Het uitschakeltijdstip geeft de maand en de dag aan, wanneer de uitgang weer terug wordt gezet. Let er bij de in- en uitschakeltijdstippen op de volgorde van de velden: In het eerste veld geeft u het jaar aan, in het tweede veld de maand en in het derde veld de dag.
Wanneer u het controlevakje Maandelijks activeert, schakelt de timer-uitgang iedere maand op de aangegeven dag van het inschakeltijdstip in en blijft tot aan de aangegeven dag van het uitschakeltijdstip ingeschakeld. Het inschakeljaar geeft het eerste jaar aan, waarin de timer wordt geactiveerd. Het uitschakeljaar geeft het laatste jaar aan, waarin de timer wordt uitgeschakeld. Het laatste mogelijke jaar is 2099.
Wanneer u het controlevakje jaarlijks activeert, schakelt de timeruitgang ieder jaar op de aangegeven maand en dag van het inschakeltijdstip in en blijft tot aan de aangegeven maand en dag van het uitschakeltijdstip ingeschakeld. Het inschakeljaar geeft het eerste jaar aan, waarin de timer wordt geactiveerd. Het uitschakeljaar geeft het laatste jaar aan, waarin de timer wordt uitgeschakeld. Het laatste mogelijke jaar is 2099.
Wanneer u het controlevakje Impuls activeert, wordt de timeruitgang op het aangegeven inschakeltijdstip een cyclus lang ingeschakeld. Dan wordt de timeruitgang teruggezet. U kunt een timer maandelijsk of jaarlijks of ook slechts een keer schakelen.
Wanneer u geen van de controlevakjes voor maandelijks, jaarlijks of impuls activeert, kunt u aan de hand van het inschakel- en uitschakeltijdstip een specifieke periode definieren. Hier kunt u iedere willekeurige periode aangeven.
Bij processen, die meerdere keren gedurende het jaar, maar op onregelmatige tijdstippen, in - en uitgeschakeld moeten worden, kunt u meerdere jaartimers definiëren en de uitgangen ervan via een OR-functieblok met elkaar verbinden.
|
De instellingen Jaarlijks en Impuls is alleen bij modules vanaf de modulelijn 0BA4 mogelijk. De instelling Maandelijks is alleen bij modules vanaf de modulelijn 0BA4 mogelijk. |
Bufferen van de klok
De interne klok van een LOGO! loopt ook dan door als de netspanning uitvalt, d.w.z. de klok heeft dus een loopreserve. Hoe groot die loopreserve is, is afhankelijk van de omgevingstemperatuur. Bij 25 °C omgevingstemperatuur bedraagt de loopreserve standaard 80 uur. Wanneer u de optionele LOGO! batterijkaart resp. de gecombineerde LOGO!- geheugen-/batterijkaart gebruikt, kan LOGO! het tijdstip tot trwee jaar lang bufferen.
Bijzonderheden bij het parametreren
U kunt in de velden voor de maand en de dag numerieke waarden invoeren. Geef waarden in het logische bereik van de maanden en dagen aan, omdat LOGO!Soft Comfort anders een foutmelding weergeeft.
Een comfortabele mogelijkheid voor het instellen van een datum biedt de datuminstelling met behulp van het symbool Kalender. Een venster wordt geopend waarin de dagen en maanden op een kalenderpagina via drukknoppen kunnen worden geselecteerd.
Voorbeeld voor het parametreren
De uitgang van een LOGO! moet jaarlijks van 1 maart tot en met 4 april en van 7 juli tot en met 19 november ingeschakeld zijn. Hiervoor hebt u 2 blokken nodig die telkens voor die bepaalde inschakeltijden worden geparametreerd. De uitgangen worden dan met behulp van een OR-blok verbonden.
Plaats twee speciale functies "Jaartimer" in uw programmeringsinterface. Parametreer 03.01 als het inschakeltijdstip en 04.04 als het uitschakeltijdstip voor de eerste jaartimer. Parametreer 07.07 als het inschakeltijdstip en 11.19 als het uitschakeltijdstip voor de tweede jaartimer.
Verbind de blokken met een OR-blok. De uitgang van het OR-blok schakelt als minstens een van de beide jaartimers ingeschakeld is.