Korte beschrijving
Het instellen en terugzetten van de uitgang wordt telkens door een korte impuls aan de ingang bewerkstelligd.
Schakeling |
Omschrijving |
Ingang Trg |
Via de ingang Trg (trigger) schakelt u de uitgang Q in en uit. |
Ingang S |
Via de ingang S (set) zet u de uitgang op 1. |
Ingang R |
Via de ingang R (reset) zet u de uitgang weer op 0. |
Parameters |
Keuze: Remanentie geselecteerd (on) = de toestand wordt remanent opgeslagen. |
Uitgang Q |
Q schakelt met Trg in en met de volgende Trg weer uit, als S en R = 0. |
|
0BA0-0BA3: De speciale functie beschikt niet over de ingang S en de keuze van de voorrang. Voor de uitgang Q geldt:
|
Timingdiagram
Functiebeschrijving
Telkens wanneer de toestand aan de ingang Trg van 0 naar 1 wisselt en de ingangen S en R = 0 zijn, verandert de uitgang Q zijn toestand, d.w.z. de uitgang wordt ingeschakeld of uitgeschakeld.
De ingang Trg heeft geen invloed op de speciale functie als S = 1 of R = 1 is.
Via de ingang S zet u het stroomstootrelais, d.w.z. de uitgang wordt op 1 gezet.
Via de ingang R zet u het stroomstootrelais terug in de uitgangstoestand, d.w.z. de uitgang wordt op 0 gezet.
Afhankelijk van uw parametrering heeft de ingang R voorrang op de ingang S (d.w.z. de ingang S werkt niet, zolang R = 1) of omgekeerd de ingang S heeft voorrang op de ingang R (d.w.z. de ingang R werkt niet zolang S = 1).
|
0BA0-0BA3: Er geldt de volgende functiebeschrijving: Telkens wanneer de toestand aan de ingang Trg van 0 naar 1 wisselt, verandert de uitgang Q zijn toestand, d.w.z. de uitgang wordt ingeschakeld of uitgeschakeld. Via de ingang R zet u het stroomstootrelais terug in de uitgangstoestand, d.w.z. de uitgang wordt op 0 gezet. Na net-in of terugzetten is het stroomstootrelais teruggezet en de uitgang Q op 0. |
Pas op
Als Trg = 0 en Par = RS, komt de speciale functie „Stroomstootrelais“ overeen met de speciale functie „Zelfhoudrelais“.