Opschriften
Met de teksttool in de symboolbalk "Tools" kunnen opschriften worden opgesteld als blokonafhankelijke en gekoppelde commentaren. Klik hiervoor op de teksttool.
Als het symbool geactiveerd is, wordt door een muisklik op de programmeringsinterface of een blok een venster geopend voor de tekstinvoer. Nadat de tekst is ingevoerd, klikt u gewoon op de programmeringsinterface of u drukt op de [ESC]-toets. Het venster wordt gesloten en het ingevoerde commentaar wordt weergegeven. De tekst kan nu ook worden geselecteerd en worden verschoven of worden uitgelijnd.
Voorbeeld FBD-editor:
Blokonafhankelijke en gekoppelde tekst
Wordt er voor de tekstinvoer op het programmeeroppervlak geklikt, is de tekst blokonafhankelijk. Een wijziging van de tekst vindt plaats door het selecteren van de teksttool en het aanklikken van de te wijzigen tekst.
Wordt er met het tekstwerktuig op een blok aangeklikt, dan is de tekst aan dit blok gebonden. Er is dan sprake van een blokcommentaar. Het blokcommentaar kunt u ook via het tabblad "Commentaar" in de blokeigenschappen invoeren of wijzigen. Met het blokcommentaar kunt u bijvoorbeeld een naam voor het blok toekennen of opmerkingen bij de taak van het blok in uw schakeling invoeren.
Als er een blok wordt gemarkeerd waar een tekst aan is gekoppeld, dan wordt de tekst niet gemarkeerd, maar bij het verschuiven van het blok wordt de tekst mee verschoven. Als het blok wordt gekopieerd of uitgeknipt, dan wordt alleen het blok op het klembord geplaatst. Bij het uitknippen wordt de gekoppelde tekst gewist. De gekoppelde tekst kan echter ook afzonderlijk worden gemarkeerd en dan worden verschoven, gekopieerd, uitgeknipt en ingevoegd. Wanneer er een gekoppelde tekst van het klembord wordt ingevoegd, is hij niet meer aan het blok gekoppeld.
Via Bewerken -> Aansluitnaam kunt u voor de in- en uitgangen naast de bloknummers ook aansluitbenamingen toekennen.